Ontdek het aantal grote bedrijven in Nederland

brand
Photo Business graph

Ontdek het aantal grote bedrijven in Nederland

7 maanden geleden

Grote ondernemingen vormen een essentieel fundament onder de Nederlandse economie. Hoewel het midden- en kleinbedrijf (MKB) vaak als de banenmotor wordt gezien, zijn het de grote corporates die zorgen voor grootschalige innovatie, exportvolumes en een aanzienlijk deel van de belastinginkomsten. In een open handelseconomie als de Nederlandse is de wisselwerking tussen deze multinationals en lokale ondernemingen cruciaal voor de welvaart.

Maar wanneer mag een onderneming zich in Nederland een ‘grootbedrijf’ noemen? En hoe is de machtsverhouding ten opzichte van kleinere spelers? Dit artikel analyseert het landschap van het grootbedrijf, van de formele definities tot hun impact op de arbeidsmarkt en innovatiekracht.

Definitie en classificatie volgens Europese normen

De grens tussen een middelgroot en een groot bedrijf wordt in Nederland getrokken op basis van de Europese MKB-aanbeveling (2003/361/EG). Een organisatie geldt als grootbedrijf wanneer deze voldoet aan de volgende criteria:

  • Minimaal 250 werknemers (fte).
  • Een jaaromzet van meer dan 50 miljoen euro, óf een balanstotaal van meer dan 43 miljoen euro.

Deze classificatie is van belang voor wet- en regelgeving. Grote bedrijven moeten voldoen aan strengere eisen op het gebied van financiële verslaglegging en, sinds 2024, duurzaamheidsrapportages volgens de CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive). De grens bij 250 werknemers is niet willekeurig: vanaf dit formaat ontstaat er een professionele managementlaag, formaliseren bedrijven hun processen en neemt de maatschappelijke impact substantieel toe. Dit stelt de overheid in staat om gericht beleid te maken dat aansluit bij de draagkracht en impact van deze organisaties.

De CSRD verplicht grote bedrijven om te rapporteren over onder meer CO2-uitstoot, arbeidsomstandigheden in de keten en biodiversiteit. Voor veel ondernemingen betekent dit een investering van enkele tonnen tot miljoenen euro’s in nieuwe systemen en expertise. Tegelijkertijd biedt het transparantie aan investeerders en afnemers, wat in toenemende mate een concurrentievoordeel wordt.

Statistieken en trends: groei in kwaliteit

Nederland telt volgens het CBS (2023) ongeveer 3.000 ondernemingen die onder de definitie van grootbedrijf vallen. Hoewel dit slechts 0,15 procent van het totaal aantal Nederlandse bedrijven vertegenwoordigt, zijn zij verantwoordelijk voor ongeveer 40 procent van de totale toegevoegde waarde in de Nederlandse economie. Hun economische voetafdruk is daarmee onevenredig groot. Deze bedrijven werkten in 2022 goed voor een gezamenlijke omzet van ruim 850 miljard euro.

We zien de laatste jaren een verschuiving: waar groei voorheen puur in omvang zat, richten grote spelers zich nu meer op kwalitatieve groei in technologie en energietransitie. Tussen 2018 en 2023 nam het aantal grootbedrijven slechts met 3 procent toe, terwijl hun investeringen in duurzaamheid en digitalisering met meer dan 40 procent stegen. Deze bedrijven fungeren vaak als vliegwiel voor de rest van de keten door innovaties aan te jagen die later door het MKB worden geadopteerd. Denk aan investeringen in waterstoftechnologie door chemieconcerns of de ontwikkeling van kwantumtechnologie in de Brainport-regio.

Sectorale verdeling: waar zitten de reuzen?

De verdeling van grote bedrijven over de Nederlandse sectoren laat zien waar onze economische zwaartepunten liggen. Volgens CBS-cijfers uit 2023 voeren de handel en industrie de boventoon:

SectorAantal grote bedrijven
Handel342
Industrie287
Vervoer en opslag176
Informatie en communicatie154
Financiële dienstverlening132

De dominantie van de handelssector weerspiegelt de positie van Nederland als distributieland. Bedrijven als Ahold Delhaize en groothandelaren in de regio Rotterdam-Venlo profiteren van de strategische ligging tussen Europese afzetmarkten. De haven van Rotterdam alleen al verwerkt jaarlijks goederen met een totale waarde van ongeveer 440 miljard euro, en vormt daarmee het kloppend hart van een logistiek ecosysteem dat tienduizenden banen ondersteunt.

Vooral in de technologiesector (onderdeel van industrie en informatie) is de impact groot. Bedrijven als ASML en Philips zijn wereldspelers die miljarden investeren in R&D (onderzoek en ontwikkeling). ASML investeerde in 2023 3,7 miljard euro in onderzoek en ontwikkeling en heeft een wereldmarktaandeel van ongeveer 90 procent in machines voor de productie van geavanceerde computerchips. Zonder ASML’s EUV-lithografietechnologie zou de productie van moderne smartphones, laptops en AI-chips feitelijk onmogelijk zijn. Het bedrijf werkt samen met meer dan 5.000 toeleveranciers, waarvan een groot deel in Nederland gevestigd is. Dit zorgt voor een ecosysteem waarin ook toeleveranciers en kennisinstellingen floreren.

In de financiële sector zien we een concentratie van hoofdkantoren in Amsterdam, waar banken als ING en ABN AMRO samen goed zijn voor miljarden euro’s aan vennootschapsbelasting. De sector kampt echter met krimp: door digitalisering en consolidatie daalde het aantal werknemers in de bancaire sector tussen 2015 en 2023 met ongeveer 20 procent, terwijl de productiviteit per medewerker juist steeg.

Geografische hubs: de Randstad en Brainport

Grote bedrijven clusteren zich vaak in specifieke regio’s om te profiteren van infrastructuur en talent. De economische as loopt traditioneel via de Randstad:

  • Amsterdam: Het financiële en zakelijke hart, aantrekkelijk voor hoofdkantoren door de nabijheid van Schiphol en een internationaal georiënteerde arbeidsmarkt. In de Amsterdamse regio zijn ongeveer 450 grote bedrijven gevestigd, waaronder meer dan 200 internationale hoofdkantoren.
  • Rotterdam: De poort naar Europa, gedomineerd door logistiek, chemie en industrie. De haven verwerkt jaarlijks ongeveer 470 miljoen ton goederen en biedt direct en indirect werk aan meer dan 380.000 mensen. Het chemisch cluster in de Botlek en Europoort is het grootste van Europa en trekt bedrijven aan die afhankelijk zijn van bulktransport en schaalvoordelen.
  • Brainport Eindhoven: De technologische hotspot van Nederland, waar de maakindustrie en hightech samenkomen. De regio investeert jaarlijks meer dan 5 miljard euro in R&D, wat neerkomt op ongeveer 7 procent van het regionale BBP. Dit is een van de hoogste percentages ter wereld. De aanwezigheid van ASML, Philips en NXP trekt internationale techbedrijven en talent aan.

Deze concentratie versterkt de concurrentiepositie van Nederland, omdat het toegang biedt tot een gespecialiseerde arbeidsmarkt en internationale verbindingen. Het leidt echter ook tot regionale ongelijkheid: in Noord- en Oost-Nederland zijn aanzienlijk minder grote bedrijven gevestigd, wat resulteert in een lager gemiddeld inkomen en minder investeringen in infrastructuur. De overheid probeert dit te compenseren via regionale ontwikkelingsfondsen, maar het effect blijft beperkt.

Economische impact: meer dan alleen banen

Werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden

Grote bedrijven bieden werkgelegenheid aan ongeveer 1,8 miljoen mensen in Nederland, ofwel ruim 20 procent van de totale beroepsbevolking. Deze banen kenmerken zich vaak door hogere gemiddelde salarissen en betere secundaire arbeidsvoorwaarden dan bij kleinere werkgevers. Volgens CBS-cijfers verdienen werknemers bij grote bedrijven gemiddeld 15 tot 20 procent meer dan vergelijkbare functies in het MKB. Dit komt onder meer door sterkere cao’s, betere pensioenregelingen en meer doorgroeimogelijkheden.

Tegelijkertijd zijn deze organisaties kwetsbaarder voor economische schokken. Grootschalige reorganisaties kunnen honderden tot duizenden banen tegelijk raken, zoals de afgelopen jaren zichtbaar was in de bancaire sector en bij energiebedrijven. De sociaal-economische impact van een groot bedrijf dat vertrekt of inkrimpt kan een hele regio ontwrichten.

Innovatie als motor

Grote bedrijven zijn verantwoordelijk voor ongeveer 60 procent van de private investeringen in R&D in Nederland. In 2022 kwam dit neer op ruim 13 miljard euro. Door hun schaalgrootte kunnen zij risicovolle projecten financieren die leiden tot doorbraken in bijvoorbeeld duurzame energie, medische technologie of quantumcomputing. Dit heeft een positieve weerslag op het vestigingsklimaat: veel startups en scale-ups vestigen zich bewust in de buurt van grote techbedrijven om te profiteren van kennis, faciliteiten en potentiële exit-mogelijkheden.

Nederland staat in de top vijf van meest innovatieve economieën ter wereld, en dat is voor een belangrijk deel te danken aan grote bedrijven die blijven investeren in fundamenteel onderzoek. ASML werkt bijvoorbeeld samen met TU Eindhoven en andere universiteiten aan onderzoeksprojecten die pas over 10 tot 15 jaar tot commerciële toepassingen kunnen leiden. Zulke langetermijninvesteringen zijn nauwelijks weggelegd voor het MKB.

Export en internationale handel

Nederlandse grote bedrijven zijn verantwoordelijk voor ongeveer 70 procent van de totale exportwaarde. In 2023 exporteerde Nederland voor ruim 700 miljard euro aan goederen en diensten, waarvan het overgrote deel via grote handelsbedrijven en industriële producenten. Dit maakt de Nederlandse economie sterk afhankelijk van internationale ontwikkelingen en handelsrelaties, maar biedt ook kansen voor schaalgrootte en specialisatie.

Duurzaamheid en milieu

Hoewel grote industrieën historisch gezien een grote ecologische voetafdruk hebben, zijn zij nu vaak de aanjagers van de energietransitie. Tata Steel in IJmuiden investeert bijvoorbeeld 1,5 miljard euro in een waterstoffabriek om de CO2-uitstoot met 40 procent te verminderen. Shell en andere energiebedrijven stoppen miljarden in windparken op zee en groene waterstofproductie. Onder druk van regelgeving, investeerders en de publieke opinie transformeren deze bedrijven hun bedrijfsmodellen, wat nieuwe markten opent voor circulaire oplossingen en groene technologie.

De vergroening van de industrie gaat echter gepaard met forse investeringen en economische risico’s. Niet elk bedrijf kan de transitie betalen, en er is politieke spanning over de verdeling van de lasten tussen overheid, bedrijfsleven en consumenten. Tegelijkertijd dreigt Nederland achter te lopen bij andere landen als de infrastructuur voor groene energie (zoals het elektriciteitsnet) niet snel genoeg wordt uitgebreid.

Overheidsbeleid: balanceren tussen steun en regels

De overheid voert een tweeledig beleid. Enerzijds wordt getracht een aantrekkelijk vestigingsklimaat te behouden via fiscale faciliteiten en investeringen in infrastructuur. De innovatiebox bijvoorbeeld laat bedrijven winsten uit zelfgekweekte innovaties belasten tegen een tarief van 9 procent in plaats van het reguliere vennootschapsbelastingtarief van 25,8 procent. Dit regime kost de schatkist jaarlijks ongeveer 2 miljard euro, maar trekt tegelijkertijd internationale R&D-activiteiten aan. De WBSO (Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk) kost nog eens 1,3 miljard euro per jaar en wordt vooral gebruikt door grote technologiebedrijven.

Anderzijds is er strikt toezicht op marktwerking en mededinging om monopolies te voorkomen. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) grijpt regelmatig in bij fusies en overnames die de concurrentie kunnen verstoren. Recent zijn er bovendien strengere regels ingevoerd voor multinationals die belasting ontwijken via internationale constructies. De invoering van de minimumwinstbelasting van 15 procent in 2024, als onderdeel van de OESO-afspraken, moet ervoor zorgen dat grote concerns in elk land waar ze actief zijn een eerlijk deel bijdragen.

Een speerpunt is het stimuleren van samenwerking tussen corporates, het MKB en startups via zogenoemde open innovatie, zodat kennis niet binnen de muren van één bedrijf blijft hangen. Het Nationaal Groeifonds investeert miljarden in projecten die publiek en privaat geld combineren, zoals de ontwikkeling van quantumtechnologie en circulaire materialen. Deze aanpak moet ervoor zorgen dat Nederland zijn concurrentiepositie in high tech kan behouden nu internationale concurrentie toeneemt.

Uitdagingen en spanningsvelden

De dominantie van grote bedrijven brengt ook uitdagingen met zich mee. Marktconcentratie kan leiden tot minder innovatie en hogere prijzen voor consumenten. In sectoren als de supermarktbranche beheersen drie grote spelers meer dan 70 procent van de markt, wat de onderhandelingspositie van toeleveranciers zwak maakt. Dit leidt regelmatig tot klachten van boeren en voedselproducenten die moeite hebben om een eerlijke prijs te krijgen.

Daarnaast bestaat er spanning tussen aandeelhouderswaarde en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Grote beursgenoteerde bedrijven staan onder druk om elk kwartaal resultaten te leveren, wat langetermijninvesteringen en duurzaamheidsprojecten kan belemmeren. De toenemende nadruk op ESG-criteria (Environmental, Social, Governance) door investeerders verandert dit langzaam, maar er blijft een fundamentele spanning tussen winstmaximalisatie en maatschappelijke doelen.

Toekomstperspectief

De komende jaren staan in het teken van digitalisering, verduurzaming en een krappe arbeidsmarkt. Grote bedrijven moeten transformeren om relevant te blijven. De vergrijzing zorgt voor een structureel tekort aan technisch geschoolde arbeidskrachten, wat vooral de maakindustrie raakt. Bedrijven investeren daarom fors in automatisering en robotisering, maar ook in omscholingsprogramma’s en internationale werving.

De energietransitie vraagt om tienduizenden nieuwe medewerkers met technische skills. Volgens het Nationaal Plan Bouw- en Installatiesector is er tot 2030 behoefte aan 100.000 extra vakmensen om de verduurzaming van gebouwen en industrie mogelijk te maken. Dit creëert kansen voor studenten en startende ondernemers: deze organisaties zoeken wendbaarheid en nieuwe ideeën om deze uitdagingen het hoofd te bieden.

Tegelijkertijd dreigt Nederland terrein te verliezen aan landen die agressiever investeren in hightech en groene technologie. De Verenigde Staten, China en Zuid-Korea pompen miljarden in hun industriebeleid via subsidies en belastingvoordelen. Nederlandse bedrijven waarschuwen dat zonder vergelijkbare steun productiefaciliteiten kunnen verhuizen naar het buitenland, wat leidt tot verlies van werkgelegenheid en kennis.

Veelgestelde vragen over grote bedrijven

Hoeveel bedrijven in Nederland hebben meer dan 50 werknemers?

Er zijn in Nederland volgens CBS-cijfers (2023) ongeveer 8.000 tot 10.000 bedrijven die vallen in de categorie middelgroot tot groot (meer dan 50 werknemers). Dit omvat zowel bedrijven met 50 tot 250 werknemers (middelgroot) als bedrijven met meer dan 250 werknemers (groot). Samen vertegenwoordigen ze ongeveer 50 procent van de totale werkgelegenheid in het bedrijfsleven.

Welke sectoren zijn dominant in het grootbedrijf?

De zakelijke dienstverlening, industrie en handel zijn de sectoren met de hoogste dichtheid aan grote ondernemingen. Binnen de industrie vallen vooral de chemische sector, de maakindustrie en de voedingsmiddelenindustrie op. In de handel gaat het vooral om groothandel en logistieke dienstverleners die profiteren van de strategische ligging van Nederland.

Wat is de totale werkgelegenheid bij deze bedrijven?

Grote bedrijven (meer dan 250 werknemers) bieden werk aan ongeveer 1,8 miljoen mensen in Nederland. Middelgrote en grote bedrijven samen (meer dan 50 werknemers) zijn goed voor circa 2,5 miljoen banen (peildatum 2023). Dit betekent dat ruim 40 procent van alle werknemers in het bedrijfsleven werkt bij een organisatie met meer dan 50 medewerkers.

Hoeveel belasting betalen grote bedrijven in Nederland?

Grote ondernemingen dragen gezamenlijk ongeveer 20 miljard euro per jaar af aan vennootschapsbelasting, wat ongeveer 60 procent van de totale opbrengst van deze belasting vertegenwoordigt. Daarnaast zijn ze verantwoordelijk voor het overgrote deel van de loonheffing, btw-afdracht en premies voor sociale zekerheid die via hun werknemers en omzet worden geïnd. De totale fiscale bijdrage van grote bedrijven, inclusief indirecte belastingen, wordt geschat op meer dan 100 miljard euro per jaar.

Waarom zijn deze bedrijven essentieel voor de economie?

Ze zorgen voor stabiliteit, grootschalige export en zijn de grootste investeerders in onderzoek en ontwikkeling, wat de concurrentiepositie van Nederland versterkt. Zonder de technologische innovatie, infrastructurele investeringen en internationale handelsnetwerken van grote bedrijven zou de Nederlandse welvaart aanzienlijk lager zijn. Ze fungeren daarnaast als trekker voor het MKB door vraag te creëren naar gespecialiseerde leveranciers en diensten.

MarketingGids

MarketingGids geeft toegankelijk nieuws en inzichten rondom consumenten, bedrijven en alles daar tussenin. MarketingGids maakt actuele onderwerpen begrijpelijk. Van ondernemen en belastingen tot digitale trends, AI en de grote spelers in tech en business. Praktisch, helder en afgestemd op jonge ondernemers, studenten en iedereen die[…]
Alle artikelen van MarketingGids

Reacties

0 Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *